Het Drentse Landschap heeft het boek ‘Zie hebt hoornties op de kop’ uitgebracht. De eerste exemplaren van het boek Zie hebt hoornties op de kop" zijn door Sonja van der Meer, directeur-bestuurder van Het Drentse Landschap, uitgereikt aan Jisse Otter en Egbert van Dijk, gedeputeerden van de provincie Drenthe.
Het boek, geschreven in de Drentse taal, laat je kennismaken met de natuur in en op de boerderij en allerlei vogels, insecten en andere kleine dieren die de gemiddelde Nederlander misschien niet meer kent.
Met het boek wilde de schrijfster, Jannie Kok-Wolbers, meer bewustwording creëren voor de (Drentse) natuur en de daarin levende dieren, hoe klein ze soms ook zijn én bijdragen aan de instandhouding van de Drentse taal. Het Drentse Landschap vindt het belangrijk dat we ook de taal als onderdeel van ons cultureel erfgoed levend houden.
Het Drents van Jannie Kok-Wolbers is ook voor de niet Drent, goed te volgen. Bij typische Drentse woorden is een asterisk geplaatst. Deze woorden zijn achterin het boek in een speciale lijst met de Nederlandse vertaling geplaatst. Daar vind je ook woordenlijsten van bloemen, planten en dieren met hun Drentse én Nederlandse naam. Zo leren we dat een Gelderse roos in het Drents een Pannekoekie heet en een hagedis een Evertassie is. Illustrator Jacqueline Speelman heeft van elk dier dat in het boek besproken wordt een aansprekende illustratie gemaakt.
De schrijfster van het boek, Jannie Kok-Wolbers, heeft meerdere boeken op haar naam staan. Voor de Hoogeveensche Courant en Oeze Volk schreef ze vaste bijdragen. Bekendheid verwierf ze vooral met haar publicaties over Drentse uitdrukkingen en gezegden. Door haar enthousiasme en creatieve taalgebruik heeft Jannie Kok-Wolbers de Drentse taal onder de aandacht gebracht van erg veel mensen. Helaas is zij op 24 juli j.l. overleden. Dat maakt de uitgave van ‘Zie hebt hoornties op de kop’ extra bijzonder.
Het boek is te koop voor € 12,50 in de webwinkel van Het Drentse Landschap, in diverse boekhandels in Assen, bij het Bezoekerscentrum Orvelte en het Duurzaamheidscentrum Assen.