De wintertijd, waarbij de klok een uur achteruit werd gezet ging afgelopen weekend weer in. De helft van alle Drenten wil af van de winter- en zomertijd.
Landelijk wil een nog groter deel van de bevolking stoppen met wisselen tussen zomer- en wintertijd (54,9%). Dit blijkt uit een representatieve
enquête van Smulderstextiel.nl waarin 1.800 Nederlanders hun mening gaven over tijdsystemen.
In Nederland ontkomen we er niet aan: twee keer per jaar verzetten we de klok en moeten we weer wennen aan een uur tijdsverschil. Het is nu ‘s ochtends weer wat eerder licht en ‘s avonds eerder donker.
60% heeft last van klok verzetten
Overgaan op een vaste tijd gedurende het hele jaar heeft niet voor niets bij veel Drenten de voorkeur. Zes op de tien inwoners heeft namelijk last van het verzetten van de klok. Eén op de drie Drentse respondenten zegt last te hebben van daglicht in verband met hun nachtrust: ze worden daardoor ‘s ochtends te vroeg wakker of hebben moeite met in slaap vallen in de avond.
Welke voorkeur hebben Drenten?
Van alle Drenten die de klok niet meer willen verzetten, geeft de meerderheid de voorkeur aan overstappen naar altijd zomertijd (54,2%). Zomertijd heeft in de provincie daarmee meer voorstanders dan landelijk gezien (48,5%). Het scenario van wintertijd als standaardtijd kreeg 41,7% van de stemmen en de overige 4,2% ging naar een systeem met 4 tijdzones.
Ongeveer één op de drie respondenten uit Drenthe geeft de voorkeur aan het tweejaarlijks blijven wisselen tussen zomer- en wintertijd (35,4%). Daarnaast wil 14,6% van de Drenten samen met buurlanden een systeem kiezen: hierbij hangt het gekozen tijdsysteem af van afspraken die landen onderling maken.